Xavier en Stef kamperen op de rand van het plateau boven de Lot. Ze beleven een onrustige nacht. Het geluid van ambulances en helikopters houdt ze uit de slaap. De volgende dag ontsnappen ze op een haartje na aan wat een aanslag op hun levens lijkt te zijn. Later leren ze dat de Rode Dood snel om zich heen grijpt en leidt tot chaotische taferelen.
Ze bespraken het verontrustende nieuws – alsof het een natuurramp in een ander werelddeel betrof – en kwamen tot de conclusie dat er op dat moment niets anders op zat dan hun tocht te vervolgen. Alle ophef viel nu tenminste te verklaren, maar het nieuws leerde hen ook dat de virusuitbraak rampzalige proporties begon aan te nemen. Wederom drong de vraag zich op waarom zij beiden niet besmet waren geraakt.
(Citaat uit De laatste reis van Stef Lichtveld: Deel 2, De schat van Eleanor: Hoofdstuk 14, Sirenes en zwaailichten in de nacht. Lees het hoofdstuk hier.)